Isolatieplan.nu - Home hero

Isolatieplan nodig?

Vraag hier eenvoudig het vereiste isolatieplan aan voor de ministeriële regeling Isolatieaanpak “Nij Begun”

Kosteloos een isolatieplan aanvragen

Heb je plannen om je woning energiezuiniger en comfortabeler maken? Met de ministeriële regeling Isolatieaanpak “Nij Begun” kan je tot wel € 40.000,- vergoeding ontvangen voor isolatie- en ventilatiemaatregelen.
Hiervoor is vaak een isolatieplan noodzakelijk. Via isolatieplan.nu kun je deze geheel kosteloos aanvragen.
Kosteloze ondersteuning, stap voor stap.
Tijdens dit traject krijg je begeleiding van een onafhankelijke isolatieadviseur. Samen zorgen we ervoor dat je geen kansen mist en dat we een optimaal verduurzamingstraject voor jouw woning inrichten.
Je ontvangt van ons:

  • Een persoonlijk isolatieplan, afgestemd op jouw woning
  • Hulp bij het aanvragen van offertes bij erkende uitvoerders
  • Ondersteuning bij de subsidieaanvraag.
  • Begeleiding bij elke stap, telefonisch of bij jou thuis

Maak eenvoudig een afspraak. Samen zetten we de eerste stap naar comfortabeler en energiezuiniger huis!

Isolatieplan.nu icon
Home • Isolatieplan.nu - Kosteloze Verduurzaming voor Jouw Woning

Kom jij in aanmerking voor 50% of 100% subsidie?

Plan een afspraak met één van onze adviseurs voor jouw persoonlijke subsidieplan!

De stappen bij het isolatieplan

1

Maak eenvoudig een afspraak

Maak eenvoudig online een afspraak met één van onze erkende isolatieadviseurs

2

Inventarisatie

We checken je wensen, situatie en doelen. Zo krijg je een goed beeld van wat ons maatwerkadvies voor jou kan betekenen.

3

Woningopname en adviesrapport

We meten en analyseren je woning en stellen een erkend isolatieplan op. Hierin staan alle mogelijke (isolatie)maatregelen duidelijk beschreven inclusief de besparing(en).

4

Vraag de subsidie aan

Met het ontvangen isolatieplan en de benodigde registratie bij de SNN kun je de subsidie (laten)aanvragen. Je kunt dit zelf doen of indien gewenst kunnen wij dit kosteloos voor je verzorgen.

5

Start met verduurzamen

Met ons advies in handen kun je direct de juiste stappen zetten. Zo kun je zorgeloos beginnen.

Veelgestelde vragen

Op zoek naar antwoorden? Wij hebben de vragen die we het vaakst gesteld krijgen over het isolatieplan hier alvast voor je beantwoord.

Een isolatieplan is verplicht als:

  • je woning is gebouwd vóór 1 januari 1965 of na 31 december 1991; of
  • de maatregelen samen meer dan € 10.000 (incl. btw) kosten; of
  • je woning een monument is.

In sommige gevallen heb je geen isolatieplan nodig om subsidie te krijgen. Dit geldt als je woning:

  • is gebouwd tussen 1 januari 1965 en 31 december 1991;
  • géén monument is;
  • de totale kosten van de maatregelen lager zijn dan € 10.000;
  • je nog niet eerder subsidie hebt aangevraagd waarvoor een isolatieplan verplicht was;
  • de maatregelen voldoen aan de technische waarden (zoals Rc, Rd- en U-waarden) die gelden voor de subsidie.

Ook bij bepaalde werkzaamheden is een isolatieplan niet nodig, bijvoorbeeld bij:

  • het vervangen van glas door triple glas met nieuwe kozijnen;
  • het aanbrengen van bodemisolatie of schuimbeton;
  • of bij het aanvragen van subsidie voor werk dat al uitgevoerd is tussen 25 april 2023 en 3 juni 2025.

Bij isolatieplan.nu regelen we dat van A tot Z voor je.

Maak eenvoudig een online een afspraak op de dag en het dagdeel dat jou het beste uitkomt.

We sturen je vooraf een e-mailbevestiging waarin ook informatie staat over de benodigde informatie welke we nodig hebben over de woning – zoals facturen of tekeningen – zodat je hier ruim de tijd voor hebt om deze te verzamelen.

Tijdens de opname komt een van onze erkende isolatieadviseurs bij je langs. Je hoeft zelf niets voor te bereiden in huis. De isolatieadviseur kijkt onder andere naar:

  • De aanwezige isolatie (vloer, dak, gevels);
  • Beglazing en kozijnen;
  • Installaties zoals verwarming, ventilatie en warm tapwater;
  • En de documentatie die je eventueel hebt aangeleverd.

-Afhankelijk van de grootte van je woning duurt de inspectie gemiddeld tussen de 60 en 90 minuten.

Na afloop verwerken we alle gegevens zorgvuldig in onze rapportage-software en registreren we het isolatieplan bij de SNN. Binnen 2 dagen ontvang je een uitgebreid advies met mogelijkheden om je huis binnen de geldende regeling te verduurzamen.

Hoe controleer ik mijn dakisolatie?

Isolatie-informatie over jouw dakisolatie vind je in documenten over je woning: een aankoop, een bouwkundig rapport of de facturen van verbouwingen. Je kunt de dakisolatie ook zelf (van binnenuit) controleren. Het bouwjaar van je woning kan je daarbij helpen.

Het dak mag na aanleg nog geïsoleerd worden. Bij een plat dak zie je het isolatiemateriaal op de dakbedekking waardoor het zichtbaar wordt. Bij een schuin dak is het lastiger te controleren, omdat de isolatie vaak verborgen zit. Hieronder een aantal tips om te controleren of het dak geïsoleerd is bij een schuin dak: Je dak kan van binnen geïsoleerd worden. Als dat niet goed is afgewerkt, zie je direct de isolatie. Als het is afgewerkt met platen, kun je misschien op zolder of achter schotten kijken of er een onafgewerkt deel is en het isolatiemateriaal van daaruit goed zichtbaar is. Isolatiemateriaal kan soms nog zichtbaar zijn bij een ventilatiepijp of rookafvoer. Je kunt de dakisolatie van buitenaf controleren door een dakpan uit een dakraam te tillen. Je ziet het isolatiemateriaal tussen de dakpannen en het dakbeschot (het materiaal waar de dakpannen op liggen). Meet de dikte van het isolatiemateriaal. Vul matige isolatie: 5 tot 8 cm in als het isolatiemateriaal dat je ziet niet dikker is dan 8 cm. Vul goede isolatie: 8 tot 10 cm in als het isolatiemateriaal dikker is dan 8 cm.

Jouw woning heeft een matige dakisolatie. In sommige gevallen kan het zijn dat het dak na aanleg extra (beter) geïsoleerd is. Het oude materiaal is vervangen door dikker of beter isolerend materiaal of er is een extra isolerende laag aangebracht. Controleer dit door het isolatiemateriaal te meten: Je dak kan van binnen geïsoleerd worden. Als dat niet goed is afgewerkt, zie je direct de isolatie. Als het is afgewerkt met platen, kun je misschien op zolder of achter schotten kijken of er een onafgewerkt deel is en het isolatiemateriaal van daaruit goed zichtbaar is. Isolatiemateriaal kan soms nog zichtbaar zijn bij een ventilatiepijp of rookafvoer. Je kunt de dakisolatie van buitenaf controleren door een dakpan uit een dakraam te tillen. Je ziet het isolatiemateriaal tussen de dakpannen en het dakbeschot (het materiaal waar de dakpannen op liggen). Vul goede isolatie: 8 tot 10 cm in als het isolatiemateriaal dikker is dan 8 cm.

Jouw woning heeft tijdens de bouw goede dakisolatie: 8 tot 10 cm meegekregen. De kans dat het later is verbeterd tot zeer goed is klein. Uitzondering: sinds 2009 zijn de isolatienormen aangescherpt, dus voor het jaar 2010 - 2013 is zeer goede isolatie waarschijnlijk.

Jouw woning kreeg tijdens de bouw zeer goede dakisolatie: 13 tot 20 cm mee.

Hoe controleer ik mijn gevelisolatie?

De gevels zijn zonder isolatie gebouwd, maar mogelijk is er achteraf wel isolatie aangebracht. Spouwmuurisolatie is zeer onwaarschijnlijk, aangezien huizen van voor 1920 vrijwel altijd zonder spouw worden gebouwd. Aan de binnenzijde van de gevel kan isolatie aanwezig zijn. Klop op de muren. Zijn er secundaire muren? Als de keermuur vóór 1992 is gemaakt, is matige isolatie 5-7 cm het meest waarschijnlijk. Als de keermuur in 1992 of later is gemaakt, is een goede isolatie van 8-10 cm het meest waarschijnlijk. Probeer de ruimte tussen de voormuur en de muur te meten en trek daar 3 cm van af (er zit ongeveer 3 cm lucht tussen het isolatiemateriaal en de buitenmuur).

Er kan ook isolatie aan de buitenkant zijn. Deze is te herkennen aan een dikkere buitenmuur, die is afgewerkt met pleisterwerk of steenstrips. Probeer de dikte van de laag te meten. Bij 8 tot 10 cm: goede isolatie (vaak het geval). Op 13 tot 20 cm: zeer goede isolatie (vrij uitzonderlijk).

Spouwmuurisolatie is mogelijk. Huizen gebouwd tussen 1920 en 1974 hebben een spouwmuur. De spouw is de ruimte tussen de binnen- en buitenmuur. Deze ruimte kan na de bouw gevuld worden met isolatiemateriaal. Controleer de voegen tussen de stenen van de buitenmuur. Als er geboorde gaten zijn gevuld met cementmortel. Door deze gaten is isolatiemateriaal in de muur gespoten. Het huis heeft spouwmuurisolatie - 5 tot 8 cm. Aan de binnenzijde van de gevel kan isolatie aanwezig zijn. Klop op de muren. Zijn er secundaire muren? Als de keermuur vóór 1992 is gemaakt, is matige isolatie 5-7 cm het meest waarschijnlijk. Als de keermuur in 1992 of later is gemaakt, is een goede isolatie van 8-10 cm het meest waarschijnlijk. Probeer de ruimte tussen de voormuur en de muur te meten en trek daar 3 cm van af (er zit ongeveer 3 cm lucht tussen het isolatiemateriaal en de buitenmuur). Er kan isolatie aan de buitenkant zijn. Deze is te herkennen aan een dikkere buitenmuur, die is afgewerkt met pleisterwerk of steenstrips. Probeer de dikte van de laag te meten. Bij 8 tot 10 cm: goede isolatie (vaak het geval). Op 13 tot 20 cm: zeer goede isolatie (vrij uitzonderlijk).

De woning heeft spouwmuurisolatie van 5 tot 8 cm, maar misschien hebben vorige bewoners of jijzelf na de bouw voor extra isolatie gezorgd. Aan de binnenzijde van de gevel kan extra isolatie aangebracht worden. Klop op de muren. Zijn er dubbele wanden met isolatie? Spouwmuurisolatie plus extra isolatie aan de binnenzijde is samen een zeer goede isolatie (13 tot 20 cm). Aan de buitenzijde kan extra isolatie aangebracht worden. Deze is te herkennen aan een dikkere buitenmuur, die is afgewerkt met pleisterwerk of steenstrips. Dan is de woning zeer goed geïsoleerd (13-20 cm).

De woning kreeg tijdens de bouw goede gevelisolatie: 8 tot 10 cm mee. De kans dat het later is verbeterd tot zeer goed is klein. Uitzondering: sinds 2009 zijn de isolatienormen aangescherpt, dus voor het jaar 2010 - 2013 is zeer goede isolatie waarschijnlijk.

De woning kreeg tijdens de bouw zeer goede gevelisolatie: 13 tot 20 cm mee.

Hoe controleer ik mijn vloerisolatie?

Isolatie-informatie over de isolatie van de vloer vind je in documenten over de woning: bijvoorbeeld een aankoopbrochure, een bouwkundig rapport of nota's van verbouwingen. Of neem een kijkje in de kruipruimte en controleer zelf de vloerisolatie van jouw woning.

Kijk hieronder aan de hand van het bouwjaar van je huis hoe je dat kunt doen. Vaak zit de ingang van de kruipruimte onder de vloermat van de voordeur of in een hoek van de woonkamer. Bij woningen met een voor- en achterkamer kan de toegang zich in de bodem van de kasten bevinden die deze kamers scheiden. Soms geeft een deur in de kelder toegang tot de kruipruimte.

Jouw huis heeft tijdens de bouw geen vloerisolatie gekregen. Het is mogelijk dat de vloer nu geïsoleerd is. Kijk eens in je kruipruimte onder de vloer en je kunt dit controleren: Ligt er isolatiemateriaal op de bodem van je vloer? Bijvoorbeeld piepschuim, kurkplaten, kussens van thermomateriaal, glas- of steenwol of schuimmateriaal (PUR)? Dan is jouw vloer geïsoleerd. Is de isolatie daar minder dan 8 cm, vul dan in: matige isolatie: 5 tot 8 cm. Is de isolatie dikker dan 8 cm of zie je thermokussens? Vul dan in: goede isolatie: 8 tot 10 cm. Het kan zijn dat er isolatiemateriaal op de bodem van jouw kruipruimte is geplaatst. Dat zie je snel aan een dikke laag isolatiemateriaal (piepschuimschilfers, zakjes met isolatiemateriaal, schelpen) op de bodem. Als er isolatie aan de onderkant van jouw kruipruimte zit, isoleert deze minder goed dan isolatie aan de bovenzijde van de vloer. Vul hier in: matige isolatie: 5 tot 8 cm. Isolatie kan ook op de vloer worden aangebracht. Dit kun je zien als er sprake is van een verdikking van het laminaat of tapijt. Zie je een bobbel op de vloer? Vul dan in: matige isolatie: 5 tot 8 cm. Heb je een compleet nieuwe vloer gelegd, mét isolatie? Vul dan in: goede isolatie: 8 tot 10 cm.

Tijdens de bouw is jouw huis matig geïsoleerd. In sommige gevallen kan het zijn dat de vloer na aanleg nog meer (beter) geïsoleerd is. Controleer dit in je kruipruimte. Zie je daar een dikkere isolatielaag van 8 cm of dikker? Vul in: goede isolatie: 8 tot 10 cm.

Jouw huis heeft tijdens de bouw goede vloerisolatie: 8 tot 10 cm gekregen. De kans dat het later is verbeterd tot zeer goed is klein. Uitzondering: sinds 2009 zijn de isolatienormen aangescherpt, dus voor het jaar 2010 - 2013 is zeer goede isolatie waarschijnlijk.

Jouw huis kreeg tijdens de bouw zeer goede vloerisolatie: 13 tot 20 cm mee.

Hoe controleer ik mijn ramen?

Of je enkel, dubbel, HR++ glas of drievoudig glas hebt staat vermeld in een aankoopbrochure, een bouwkundig rapport of de nota's van verbouwingen. Je kunt het ook zelf controleren door naar het glas van je ramen te kijken:

  • Zie je één glasplaat? Dan heb je enkel glas.
  • Zie je twee glasplaten met daartussen een aluminium strip? Dan heb je gewoon dubbel glas of HR++ glas. Het verschil hiertussen is moeilijk te zien. Soms zijn de letters HR++ goed leesbaar in de aluminium strip.
  • Geen letters te zien? Doe dan de controle met een brandende aansteker of lucifer. Houd het voor het glas en kijk schuin naar het glas. Bij dubbel glas zie je vier vlammen van dezelfde kleur gespiegeld in het glas. Heeft de tweede of derde vlam een andere kleur, dan heb je HR++ glas.
  • Drievoudig (triple) glas herken je aan dat je 3 glasplaten ziet met daartussen ruimte.

Hoe controleer ik mijn ventilatie?

Bij natuurlijke ventilatie komt verse lucht binnen via (klap)ramen en roosters. De lucht wordt via het dak afgevoerd met luchtkanalen (bijvoorbeeld vanuit het toilet). De lucht stroomt "automatisch" door de uitlaat (onder invloed van wind en temperatuur). Tot ongeveer 1980 werden huizen gebouwd met natuurlijke ventilatie. Mechanische ventilatiesystemen werden toen gemeengoed.

Bij mechanische afzuiging wordt de lucht afgevoerd door middel van een continu werkende ventilatie-unit met een elektrische ventilator. Dit toestel hangt meestal in dezelfde ruimte als je cv-ketel. Frisse lucht komt via roosters de woonkamer en slaapkamer binnen. Ventilatie met mechanische afvoer herken je ook aan "kleppen" in het plafond (keuken, badkamer, toilet). Slangen gaan naar de ventilatie-unit. Hierop worden twee leidingen of slangen aangesloten, één waarmee de afvoerlucht de unit binnenkomt en één waar de afvoerlucht uit de unit via het dak naar buiten gaat. In de keuken of badkamer zit een schakelaar met meerdere standen (1-2-3, of 1-2).

Ventilatie voor de gehele woning, de afzuiging en toevoer van lucht geschiedt mechanisch middels een continu werkende ventilatie-unit met twee elektrische ventilatoren (één voor de aanvoer en één voor de afvoer). Verse lucht wordt aangevoerd met kleppen in de plafonds van de woonkamer en de slaapkamers. De lucht wordt afgevoerd via kleppen in de badkamer, keuken en toilet. De kleppen komen uit op kanalen die van en naar de ventilatie-unit leiden. Op de ventilatie-unit (die vaak bij de ketel hangt) zijn vier leidingen of slangen aangesloten. Het systeem wordt sinds ongeveer 2000 gebruikt, maar is niet standaard in alle nieuwbouwwoningen. Het is een energiezuinig systeem doordat warmte uit de afgevoerde lucht wordt hergebruikt (warmteterugwinning - warmteterugwinning).

Ventilatie-unit per kamer is een apparaat in de muur of onder het raam. Deze unit levert direct verse buitenlucht en afgevoerde lucht in één ruimte. Warmteterugwinning staat voor warmteterugwinning: de warme lucht uit de ruimte verwarmt de binnenkomende frisse lucht al. Een ventilatie-unit in de gevel kan in één of meerdere ruimtes worden toegepast, meestal in de woonkamer en/of slaapkamer(s). De rest van de woning wordt dan geventileerd door natuurlijke ventilatie of met een mechanische afzuigunit.

Bij vraaggestuurd ventileren wordt de lucht afgevoerd via "kleppen" in het plafond van keuken, badkamer en toilet. Slangen gaan naar een ventilatie-unit. Dit is een apparaat dat zorgt voor de afvoer van lucht. Dit toestel hangt meestal in dezelfde ruimte als je cv-ketel. Frisse lucht komt binnen via roosters bij de ramen. Bij dit systeem meten CO2-sensoren de luchtkwaliteit in verschillende ruimtes. Via een elektronische regeling kan de ventilatie-unit dan meer of minder lucht afzuigen. Zo wordt er altijd optimaal geventileerd: niet te veel en niet te weinig.

Hoe controleer ik mijn installatie?

De installatie bestaat uit ruimteverwarming en tapwater.

Voorkeursgenerator: Lucht-water warmtepomp met een zodanig vermogen dat het warmtepompaandeel 60% is van de warmtevraag, rendement 4.0, LT verwarming (<45) Het vermogen van een hybride warmtepomp is zodanig dat het aandeel van de warmtepomp 60% is. Dit betekent dat het vermogen per variant verschillend kan zijn.

Voor ruimteverwarming: Temperatuurniveau: overal hoog, behalve WP bodem en collectieve WP bodem (ZLT, θ aanvoer . <45°C), en WP lucht en hybride WP (LT, θ aanvoer <50°C); COP WP lucht en hybride WP: 3,9. COP WP bodem 5.1 In je woningdocumenten kun je opzoeken welk toestel je hebt voor je verwarming en warm water. Kijk bijvoorbeeld in de aankoopbrochure, een bouwkundige of wellicht heb je nog rekeningen van verbouwingen. Of bekijk jouw installatie. Er zitten typeplaatjes op en andere stickers die informatie geven over wat je hebt. Aan de hand van onderstaande omschrijvingen herken je wat je in huis hebt als installatie voor verwarming en warm water. Een combiketel of twee losse toestellen? Een combiketel is een toestel dat zorgt voor verwarming en warm water. De meeste huizen hebben een combiketel. Maar een boiler of gaskachels voor alleen verwarming plus een apart toestel voor warm water (geiser) komt nog wel voor.

Warmtepompen Full electric

Temperatuurniveau: 50C in combinatie met vloerverwarming
COP (rendement): 2.8 (forfaitaire waarde uit NTA)
Vermogen WP: Niet gespecificeerd, aanname is dat de WP de volledige vraag dekt

Warmtepompen Hybride

Temperatuurniveau: 55C in combinatie met radiatoren
COP (rendement): 2.6 (forfaitaire waarde uit NTA)
Vermogen WP: 4.2 kW in combinatie met een ketel van 35kW

De bedrijfsuren volgen uit de warmteboefte en de gemiddelde buitentemperatuur. Overdag geldt een set point temperatuur van 20C. ’s Nachts wordt gerekend met een gereduceerde temperatuur van 16C. Het uiteindelijke verbruik van de warmtepomp volgt uit de benodigde warmtevraag in de warmtebalans om de woning op deze temperaturen te houden.

HR staat voor Hoog Rendement. Is je combiketel van 1998 of later (wat heel vaak het geval is), dan heb je vrijwel zeker een HR-ketel. Controleer het typeplaatje of de sticker van Gaskeur. VR staat voor Verbeterd Rendement. Is je combiketel van voor 1998, dan heb je waarschijnlijk een VR-ketel. CR staat voor Conventionele Terugkeer. Dat is een oud type ketel dat nog nauwelijks in huizen aanwezig is.

Een hybride warmtepomp werkt samen met je cv-ketel. Er is een warmtewisselaar (kleiner dan een cv-ketel) in de buurt van jouw ketel. Buiten staat een apparaat dat op een airconditioner lijkt. De warmtepomp werkt op elektriciteit.

Complete warmtepomp - lucht is zo groot als een grote koelkast en werkt op elektriciteit. Buiten staat een apparaat dat warmte uit de lucht haalt, het lijkt op een airco. Het is een combinatietoestel: voor verwarming en warm water.

Een complete warmtepompbodem is zo groot als een grote koelkast en werkt op elektriciteit. De warmtepomp haalt warmte uit de bodem. Er is ergens in je tuin (of soms onder het huis) een put geboord. Er is dus geen unit buiten die eruitziet als een airconditioner. Het is een combinatietoestel: voor verwarming en warm water.

Een biomassaketel herken je het gemakkelijkst aan de brandstof: houtpellets. Dit zijn kleine korrels van geperst hout. Een biomassaketel is een cv-ketel voor verwarming en warm water. Let op: er zijn ook pelletkachels voor in de woonkamer; dat is geen biomassaketel. In Improvement House wordt geen rekening gehouden met pelletkachels.

Als je geen verwarmingstoestel in huis hebt, maak je gebruik van stadsverwarming (ook wel stadsverwarmingsnet genoemd). Je hebt geen gasmeter in de meterkast, maar wel een warmtewisselaar.

Een gaskachel in één of meerdere kamers in huis wordt gebruikt om deze kamers apart te verwarmen.

De HRe-ketel komt slechts sporadisch voor. Naast warmte wekken de installaties ook elektriciteit op.